Wanneer je over de departementale weg D964 door Dun-sur-Meuse rijdt wil je er zo snel mogelijk doorheen om weer te kunnen ademen op het platteland dat zeker en gewis weer na het dorp begint. De huizen in het dorp zijn zwart van de uitlaatgassen. De huizen staan leeg en er is veel achterstallig onderhoud. De te smalle doorgaande weg is een grote belemmering voor een dorp dat eens de allure van een rijke provinciestad had. En toch is een bezoek de moeite waard. Dun-sur-Meuse vormt één geheel met Doulcon.
Er zijn weinig plaatsen waar water zo centraal aanwezig is. De Meuse stroomt dwars door het dorp, met een aftakking naar de in de bebouwde kom gebouwde watercentrale, op de plaats waar eens de oude watermolen stond. De raderen werden in de eerste wereldoorlog verwoest. Heel Dun-sur-Meuse werd in de eerste wereldoorlog zwaar getroffen.
Ten noorden van Dun takt de veille Meuse zich af en laat daarbij nog een aantal meren achter. De ruisseau de Jupille en de ruisseau des Archets komen uit in de arm van deze oude Maas.
In de binnenstad splits het Canal de l’Est zich nog eens af om via de sluis bij de Pont de la Tour verder ten zuiden weer in de Meuse uit te komen. En dan er is nog de eigenwijze l’Andon. Een klein stroompje dat ook door het centrum wil. Bekend is het Lac Vert Plage dat wordt gevoed door dit kleine stroompje. Een camping, zwembad met strandje en speeltuin.. Eens een chique plas met duikplanken, zeilbootjes, en kwalitatieve restaurants. Het kende zijn hoogtijdagen tussen 1938 en 1950. In de vijftiger jaren werden de fresco’s in de feestzaal aangebracht door de kunstschilders Daniel Vassart uit Stenay en Claude Becq uit Spincourt. Nu een camping met meer voor de gewone man, met stacaravans en chalets.
In de hoofdstraat de Rue du Moulin vinden we de huizen die vooral gebouwd zijn na de verwoestingen in de eerste wereldoorlog. Waaronder ook het Maison Frattini-Vasseur, gebouwd in1925, nr. 29 in de rue du moulin, tegenover het huis van Ipousteguy.
Aan de oude haven zijn pontons geplaats en de botentoerist vindt er zijn plek. Ook de verhuur van boten zonder vaarbewijs is hier gevestigd. Zie botenverhuur. Eveneens de camper die direct aan de haven een plaats met elektra vindt. Een mooie plek met uitzicht op het water en het groen. Tevens zijn er alle voorzieningen. Lopend over de voetgangersbrug van de rue de la Meuse komt men in het centrum voor de bakker en de lokale supermarkt Coccinelle. Links en rechts van het water over de oude trekvaarten is er volop wandelgelegenheid.
Maar neem ook eens de smalle straat omhoog. De Rue de Mil Mont. Het is even klimmen maar dan bent u op het hoogste punt Dun-Haut, met de kerk die u al vanaf alle kanten hebt kunnen zien. Een wandeling over Dun-Haut staat aangegeven. Eens een fort van betekenis nu alleen nog de gefortificeerde kerk met een aantal huizen. In de kerk nog twee werken van Ipousteguy. Kijk voor het museum over deze beeldhouwer op de pagina Ipousteguy. Het geboortehuis van Ipoustequy staat in de hoofdstraat: 26 rue du moulin. De gevel is gewijzigd maar de ramen zijn gelijk gebleven.
De wandeling: Begin onderaan de rue de Clouyères, daar kan je ook de auto parkeren.
Eerst even rechtsaf naar de haven en de camperplaats, dan terug en neem de voetgangersbrug naar de Rue de la Meuse. Aan het einde rechtsaf en over de brug van de sluis weer rechts en bezoek het Maison de l’Histoire. Terug naar de brug en rechtsaf naar de overkant voor een kort bezoek aan het Lac Vert. Daarna richting het centrum. U komt langs de kleine kapel van Saint-Claude uit 1402 (gerestaureerd in de 19e eeuw) en de pastorie die werd gebouwd naar de verwoestingen van de eerste wereldoorlog. De kapel is vaak open. De mooie gebrandschilderde ramen zijn van Atelier Benoit uit Nancy (1958). Over de brug naar links en direct naar recht omhoog. Even een klim naar Dun-Haut. Volg daar de wandeling die wordt aangegeven met borden. Dan weer naar beneden en rechtsaf de hoofdstraat vervolgen en weer links naar de parkeerplaats.