Hier in het donkere woud wordt de bosbouw bedreven, hectare na hectare geplant en weer gekapt.
Hier groeien de vele soorten paddenstoelen die in de herfst samen met het everzwijn genuttigd worden bij het knapperend haardvuur.
Het woud geeft warmte, voedsel en zuurstof, onontbeerlijk voor de mens.
Al in de 12e eeuw woonden de monniken in de bossen en leefden van wat het woud hen gaf.
Hier meanderen de rivieren Maas en Semois langs indrukwekkende hoge rotsen, bossen en bergen.
Steeds weer verrast het uitzicht achter de volgende bocht.
De rotsen van het Ardenner massief, waar eiken, essen, beuken en nog vele andere boomsoorten groeien. Vergezichten en doolhoven, dan klein, dan groots. De lieflijke dorpen in de blauwe kom van de rivier of in het groene dal tussen het grillige landschap.
De open plekken me vingerhoedskruid en zonnedauw en de grond bedekt met mos en varens.
Dit is het gebied van rust en ruimte, van vergezichten en donkere bospartijen. Imponerend en geheimzinnig. Vol mythen en legenden die verhalen over deze fascinerende regio.
Ardennes (08) (Nederlands: Ardennen) is een departement in het noordoosten van Frankrijk (regio Grand Est), dat zijn naam ontleent aan de Ardennen, die gedeeltelijk tot dit territorium worden gerekend. De hoofdstad is Charleville-Mézières.
Geschiedenis
Het departement was een van de 83 departementen die werden gecreëerd tijdens de Franse Revolutie, op 4 maart 1790 door uitvoering van de wet van 22 december 1789, vertrekkend van een deel van de provincie Champagne, de Argonne en het prinsdom Sedan. Opmerkelijk was dat slechts een beperkt deel van dit nieuwe departement in de geografische streek van de Ardennen lag (alleen het noordelijke deel). Het zuidwestelijk deel van de huidige Belgische provincie Namen, rond Philippeville, lag oorspronkelijk in het departement Ardennes, maar werd na de nederlaag van Napoleon bij het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden gevoegd, waardoor van het departement Ardennes het enkel de Pointe de Givet (‘punt van Givet’) is die nog in de Ardennen ligt.
Geografie
Naast de geografische Ardennen maken drie andere streken deel uit van het departement: in het zuidoosten ligt de Argonne, een cuestalandschap met dichte bossen en diepe valleien dat zich verder uitstrekt over delen van de departementen Marne en Meuse. Helemaal in het zuiden liggen de kale vlaktes van de Champagne. In het zuidwesten vindt men de Porcien, een overgangsgebied tussen de lagere gebieden in het zuiden en de hogere gebieden in het noorden. In het uiterste westen ligt ten slotte de Thiérache, een licht glooiend heuvellandschap dat zich verder uitstrekt over delen van Aisne en het Noorderdepartement.