Achter Verdun, in een afgelegen kasteel, leefden eens een weduwnaar en zijn dochter, Lucie. Op een dag vergezelde het jonge meisje haar vader op de jacht. Zij lette niet goed op de weg en merkte weldra dat zij was verdwaald.
Toen verscheen er een beeldschone jongeman op een paard voor haar.
“Waarheen bent u op weg jonge juffrouw?”, vroeg een zachte stem.
“Ik ben verdwaald, misschien zou u mij thuis kunnen brengen, ik ben de dochter van de heer van Bréhéville”. ”
Natuurlijk”, antwoordde de adellijke jongeman. “In enkele uren zult u thuis zijn!”
“Kom mijn vader begroeten”, stelde Lucie voor toen zij bij het kasteel aankwamen, “hij zal graag mijn redder leren kennen”.
-“Dat is onmogelijk!” riep zich de ruiter uit, “uw vader en mijn vader zijn elkaar vijandig gezind.”
Met deze woorden, draaide hij zich om en verdween.
Lucie ontdekte al snel dat zij voor de eerste keer in haar korte leven verliefd was. En steeds vaker ontmoetten de jonge mensen elkaar in het geheim, om zich volledig aan elkaar te kunnen geven.
Maar Lucie had al lang aan haar vader beloofd om een van zijn oude vrienden te trouwen, en de datum van het huwelijk naderde. Omdat ze zich aan dit droeve lot niet kon onttrekken besloot ze te vluchten.
Op een nacht, verliet Lucie het kasteel en wachtte vlakbij de bron. Haar mooie ruiter liet niet lang op zich wachten. Hij hielp haar op zijn paard te stijgen en zij verdwenen in galop in de donkere nacht.
Maar een dienaar van het kasteel had alles gezien. Hij vertelde het aan zijn meester die snel de achtervolging inzette. Zijn paard, minder zwaarbeladen dan die van vluchtelingen, haalde de jong verliefden snel in.
Lucie, volledig radeloos, herkende haar vader niet die zij voor een schurk aanzag. Zij zwaaide met een degen en trof de ongelukkige met meerdere steken. Dodelijk getroffen viel de Heer van Bréhéville op de grond.
Even later hield de ruiter zijn paard in. Hij wendde zich tot het jonge meisje en openbaarde zijn ware natuur. Het was de duivel in eigen persoon voor wie niet het leven maar alleen de wreedheid telt!
Lucie verlamde van schrik en zag de vlammen uit de mond van dit monster schieten wiens lichaam in brand leek te staan. Zij sloeg een kruisteken en het schepsel vluchtte met hoongelach.
Niemand weet hoe Lucie haar leven heeft volbracht, maar dichtbij de ruïnes van het kasteel, kan men heden ten dage elke nacht een witte gedaante zien die naast de bron zit te wachten. Het is de geest van de arme Lucie die de rust nooit zal kennen want zij kan zichzelf niet vergeven dat zij haar vader waar ze zoveel van hield gedood heeft.