De devotie van de boeren op het platteland werd tastbaar gemaakt door de aanwezigheid van kruisen en kruisbeelden. Voor de ongeletterde boeren was het kruisbeeld van belang voor het verkrijgen van de absolutie en om van zijn vroomheid te getuigen.
We kennen de wegkruisen, processiekruisen, grenskruisen, dorpskruisen, kerkhofkruisen, kruisen die bruggen, bronnen, heuvels moeten beschermen en herinneringskruisen.

Kruisen werden geplaatst op kruisingen van wegen (het kruis als kruispunt) en bij de toegang tot het dorp. Zelfs bij sneeuw bleef de kruising dan zichtbaar! Met de kruisen aan het begin van het dorp werd de aanwezigheid van het christendom en een kerk kenbaar gemaakt. Ze gingen veelal vergezeld van een majestueuze boom.
Kruisen werden tijdens een processie, maar ook bij een begrafenis bezocht en geëerd. Weilanden en velden werden tijdens de processie gezegend en gewijd. Het doel was natuurlijk een voorspoedige oogst en welvaart voor de gemeenschap. Kruisen met uitzicht op de velden zijn dan ook belangrijk, maar ook de kruisen bij de bron, de brug of ander belangrijk deel van het dorpsleven. B.v. op de muur van de wasplaats.
Tot slot zijn er de kruisen en kapellen die getuigen van een ongeluk, een onverwachte dood maar ook dankbaarheid voor genezing en vruchtbaarheid.